Dag 16: Hawks Nest SP, Babcock SP & New River Gorge Bridge

Charleston – Boone

Om 8 uur hebben we met mijn ouders afgesproken om richting het ontbijt te gaan. Maar iets voor 8 kloppen we al aan hun deur. Ook zij zijn al gereed. Mooi. Beneden valt het nog mee met de drukte. Martijn haalt de koffie en ik wat sap, zodat we die op de laatst overgebleven tafel voor 4 personen neer kunnen zetten. Het lijkt een behoorlijk uitgebreid buffet en ergens is het dat ook wel. Maar… ze hebben geen brood! Alleen verschillende soorten bagels (met kaneel of met blauwe bessen), wat zoete broodjes en van die muffins waar je ragout op doet. Uiteindelijk vullen we de magen dus best behoorlijk, maar het is toch even wennen: geen brood.

Als we weer terug naar de kamer gaan, nemen we meteen zo’n bagagetrolley mee. Onze koffers staan immers al vrij ingepakt klaar. Alleen nog even de tandjes poetsen en de toilettas weer opbergen in de koffer en dan zijn we gereed. We checken uit en tien over negen zitten we alweer in de auto, onderweg naar onze eerste stop: Hawks Nest State Park. De navigatie geeft aan dat het ruim een uur rijden is.

Dan zie ik ineens Kanawha Falls Bank Restoration staan. Oh, een waterval en het lijkt er ook nog eens op dat het niet heel ver lopen is vanaf de parkeerplaats. Helaas ben ik net te laat om de afslag te pakken, dus iets verderop keren we en rijden dan alsnog de parkeerplaats op.

Je loopt een stukje door de bosjes en vanaf de waterkant zie je in de verte een waterval wat gecreëerd is door een stuwdam.

Na een paar foto’s stappen we de auto weer in en als we weer op de weg rijden, zien we dat je met nóg wat verder lopen vanaf de parkeerplaats je nóg mooiere watervallen hebt. Ja jammer dan, we gaan niet nog eens keren en rijden dus door.

Het is echt schitterend rijden door West Virginia. Zoveel groene heuvels. Echt prachtig. Dan rijden we het Hawks Nest gebied in en stoppen als eerste bij Hawks Nest Overlook. Het is een kleine wandeling naar de overlook en die is echt prachtig. Heel wijds ook.

Het is alleen jammer dat het water zo ontzettend bruin is. Daarna lopen we de straat over, naar het winkeltje. Links van het winkeltje zijn de toiletten. Laten we daar ook eens gebruik van maken. Daarna gaan we even zitten op een bankje. Wifi blijkt hier te werken! Dus wat doe je dan? Dan ga je even wat bij lezen. Wel in de schaduw, want in de zon is het behoorlijk warm.

Martijn vraagt na of de aerial tram het doet, maar dit blijkt helaas niet het geval. Sinds vorig jaar is deze in onderhoud en dat blijkt nog wel een jaar of drie te duren. Jammer. We rijden nog een stukje verder en komen dan uit bij Canyon Rim Area. Hier bevindt zich een lodge, restaurant en vanaf hier zou je dus met de aerial tram naar beneden kunnen, maar we zien inderdaad dat deze het voorlopig nog niet doet. Er zit wel een mevrouw achter de kassa, want de boottocht over de rivier kun je wel maken. We besluiten echter dit niet te doen.

Vanaf de kassa kun je nog een 100 stappen naar beneden, zodat je weer een andere overlook hebt. De Lovers Leap Overlook. Mijn ouders geven aan niet mee naar beneden te lopen. Mijn moeder merkt terecht op dat het hier hoog in de bergen moeilijker adem halen is en met haar COPD is dat helemaal niet fijn natuurlijk als je ook weer 100 stappen naar boven moet. Martijn en ik lopen naar beneden.

Het is wederom een prachtig uitzicht, maar deze trappen zouden inderdaad niets voor mijn ouders zijn. Er is ook helemaal geen reling.

Als we weer terug bij de auto zijn, maak ik nog even snel een toiletstop en daarna stellen we de navigatie in op Babcock State Park: ruim een half uur rijden. En weer rijden we over Country Road, West Virginia… (Jongens, jongens, jongens… dat is toch van dat liedje?).

Vervolgens zien we een Piggly Wiggly. Geen idee wat het is, maar we zijn erg getriggerd door die naam.

We parkeren de auto en dan zien we dat het een supermarktje is. Handig, want we hebben eigenlijk nog wel nieuwe flesjes Coca Cola nodig. Ook kopen we een doosje Twinkies. Lekker voor onderweg.

We vervolgen onze weg en rijden rond half 1 het state park in. We stoppen als eerste bij de Glade Creek Grist Mill. Wat een prachtig gezicht. Almost Heaven! West Virginia!

We lopen wat rond, bekijken het winkeltje en maken toch alwéér een plasstop. Geen idee wat dat is, maar mijn blaas is blijkbaar gevoelig voor hoogtes. We rijden nog een stukje verder naar boven en komen dan uit bij Boley Lake.


Het is vrij rustig, al is er wel een stelletje wat een waterfiets gehuurd heeft. Als we weer teruglopen naar de auto, zie ik aan de waterkant een slang liggen, mét een kikker in zijn bek.

Ach goss. De slang blijft echt doodstil liggen. Ook de kikker beweegt niet veel, al zie je hem nog wel ademen. Nog meer ach goss! Ik loop terug naar de auto en na een paar stappen kijk ik om, de slag zwemt rustig het water in met de kikker nog in zijn bek. Smakelijk eten slang!

Onze volgende stop wordt het visitor center van New River Gorge Bridge. Via Facebook heeft Esther een paar tips gegeven over deze omgeving. Welke weg we moeten nemen bijvoorbeeld: Fayette Station Road. Volgens de navigatie is het circa drie kwartier rijden naar het visitor center. Onderweg zien we af en toe een hertje langs de weg in het gras grazen. Hopelijk steken ze niet ineens de weg over. Je moet er toch niet aan denken… Dan zien we zelfs een kleine Bambi op de weg stuiteren. Ik rem wat af en hij rent alweer van de weg af, het gras en bossen in. Goedzo, deze weg is niets voor jou hoor. Gewoon lekker in het bos blijven!

Daarna rijden we de Fayette Station Road op. Het blijkt een One Way route te zijn. De weg is erg smal en we kronkelen langzaam naar boven. Ineens zien we de grote New River Gorge Bridge door de bomen opdoemen. Langs de kant is gelegenheid om te parkeren en we kunnen nog net een plekje bemachtigen. We lopen een stukje over de weg en vanaf daar heb je een prachtig uitzicht op de brug. Jeetje, wat is hij groot!


We rijden weer verder en rijden dan over een spoorlijn. Ah, dát had Esther ook nog geschreven: “kun je net over het spoor en voor de brug even stoppen (als er plek is) om vanaf de brug een foto te maken van de New River Gorge Bridge”.

Gelukkig kunnen we de auto parkeren en lopen we de Tunney Hunsaker Bridge op. Vanaf hier heb je inderdaad echt een prachtig zicht op de New River Gorge Brug.

Er komen wat raftboten aanvaren. Iets verderop begint het water wat te kolken en dat is voor het raften natuurlijk helemaal geweldig.

Eén voor één gaan ze de versnelling in. Eén van de boten lijkt omgeslagen te zijn en de twee man die erin zat is overboord geslagen. Maar ze lijken het prima te maken. Ze gaan alleen richting de kant en vanaf daar is ons zicht weg. Zal wel goed gekomen zijn, toch?

We kronkelen weer verder, nu naar boven. Het strandje waar Esther het heeft in haar berichtje slaan we over. We hebben immers nu al een prachtig zicht gehad vanaf de Tunney Hunsaker brug. Iets voor drie zijn we bij het Visitor Center. Na een plasstop bekijken we de film over de brug. Deze draait elk half uur en duurt 11 minuten. Na de film lopen we nog even naar buiten, naar de overlook. Maar vanaf het Visitor Center heb je geen zicht op de brug. Iets verderop, bij de parkeerplaatsen, daar kun je wel over een korte boardwalk naar het uitzichtpunt van de brug. Je kunt vanaf dit uitzichtpunt ook helemaal naar beneden lopen, maar dat doen we niet.

Op ons lijstje staat alleen nog de Sandstone Watervallen. Maar deze blijken niet op onze route richting ons hotel in Boone te liggen. Daarvoor moeten we zo’n anderhalf uur extra omrijden. Aangezien het al half vier is en we nog drie uur richting Boone moeten rijden, besluiten we om de Sandstone Watervallen maar te laten voor wat ze zijn. Komen die gewoon voor de volgende keer weer op het lijstje.

Ruim drie uur rijden richting Boone. Dat zou betekenen dat we tussen 7 en half 8 bij ons hotel zijn. Drie uur rijdt je tenslotte niet achter elkaar. Een stopje (of twee) zullen we vast nog wel maken. Het idee ontstaat om dan onderweg maar ergens te gaan eten. Als we dan in de avond bij ons hotel aankomen, dan hoeven we ook niet meer weg plus dan eet je ook niet zo laat meer. Dat is ietsjes beter voor ons verteerproces.

Martijn kruipt achter het stuur, dus het is weer tijd voor mij om wat op de laptop te tikken. Vervolgens rijden we weer een tolweg op. No Credit Card accepted, staat er. Ohjeetje, zó veel cash hebben we niet bij ons. Maar het blijkt maar een goed 75 cent te zijn. Dat hebben we wel. Alleen, waar hebben we de ‘quarters’ liggen? Die liggen nog in de trolley achter in de auto. Ik stap uit en haal het zakje met quarters eruit. Martijn gooit drie keer een kwartje in de trechter en we krijgen groen licht. Fijn.

Niet heel veel later krijgen we weer een tolpoortje. Dit keer moeten we 4,75 dollar betalen. Er staat niets bij over Credit Cards, maar als we de dame een Credit Card geven, vertelt ze ons dat ze alleen cash accepteren. Nou zeg, wat ouderwets eigenlijk. Papierengeld hebben we gelukkig ook nog wel voldoende. Martijn geeft haar een briefje van 5 en we krijgen een kwartje terug. En weer verder….

Als we zo’n anderhalf uur onderweg zijn, rijden we de staat Virginia binnen.

Niet lang daarna besluiten we om te gaan kijken wat de ‘food-borden’ bij elke exit aangeven. Ergens tussen 17.00 uur en 17.30 uur moeten we toch wel iets kunnen vinden om te eten? Ik bekijk op onze ‘hotspot telefoon’ op googlemaps of ik wellicht wat kan vinden langs onze route. Eigenlijk zie ik alleen een Ruby Tuesday wat ons wel aanspreekt. Maar eigenlijk willen we naar een Denny’s. Daar zijn we de hele vakantie nog niet geweest. Er blijkt een vestiging te zitten in het oosten van Wytheville. Het blijkt 8 minuten van onze eigen route te liggen. Dat is nog wel de moeite. We stellen de navigatie in op de Denny’s en nog geen tien minuten later zijn we bij Denny’s wat bij een tankstation ligt. Mooi, kunnen we meteen even de auto weer wat te drinken geven.

Bij Denny’s is het niet druk en we nemen plaats in een booth. Ik heb al zoveel reclame voorbij zien komen van hun nieuwe ‘skillet’ gerecht: de Mac ’n Brisket Sizzlin’ Skillet. Echt álles op dat bord doet mijn mond kwijlen. Mac & Cheese, Brisket, uienringen… Yum!

Dus ik bestel deze skillet. Maar helaas, de Mac & Cheese is op. Nou zeg… Maar wellicht kan het ook met aardappelpuree? En dit blijkt te kunnen! Lekker. Martijn neemt zijn vertrouwde Bourbon Chicken Skillet. Mijn moeder gaat voor de Pot Roast Bowl en mijn vader voor de Plate Lickin’ Chicken Fried Chicken. Het smaakt ons allen weer echt voortreffelijk!

Als we naar de auto willen lopen, zien we net voor de uitgang een wisselautomaat voor quarters. Laten we dat even doen. Martijn stopt er een 1 dollar biljet in: 4 quarters. Goed, nog maar een keer dan. 1 dollar biljet, 3 quarters. Uh? Maar dat is niet de bedoeling. Als echte Nederlander gaat Martijn er naar vragen. Alhoewel, echt Nederlands. We hebben gewoon recht op 4 quarters! Een technisch man komt met hem mee en hij drukt wat op een knopje en er komen weer 4 quarters uit en geeft ze alle vier aan Martijn: “maar ik hoef er maar één hoor”. Maar de man gebaard dat we ze gewoon alle vier mogen hebben. Ha! 3 quarters winst! We worden nog rijk deze vakantie.

We vervolgen onze weg naar ons hotel. Nog 1 uur en 49 minuten. Dan verlaten we de I-81 en rijden we de highway 91 op, richting Damascus. Net na Damascus is de stateline van Virginia en Tennessee, maar meer dan een klein bordje is het niet. Nou zeg, niet eens een mooi welkomstbord.

Martijn en ik willen eigenlijk van plek wisselen, maar langs de weg is eigenlijk nergens plek om even te stoppen. Gelukkig vinden we dan alsnog een soort van ‘pull-out’ langs de weg waar we van plek kunnen wisselen. Ik neem voor deze laatste 40 minuten het stuur over.

In de auto zeggen we alle vier tegen elkaar: West Virginia is echt een prachtige staat! Ondanks dat we er dwars doorheen zijn gereden, hebben we eigenlijk nog maar weinig gezien. Er zijn in deze omgeving zoveel verschillende state parks te zien. Degene die we vandaag gezien hebben, vonden we echt prachtig. Ben eigenlijk benieuwd naar de rest.

Langs de weg zien we vaak één of ander soort bever de bossen weer in schieten. Bijna rijden we er eentje plat, maar gelukkig rijd ik niet zo snel zodat we rustig langs hem af kunnen rijden en dan schiet hij ook weer het gras op naast de weg. Wat voor beesten zijn dat joh? We verruilen de Highway 91 om voor Highway 421 en in Mountain City is de maximum snelheid niet zo hoog, zodat we even een stopje kunnen maken om één van die beestjes rustig te bekijken wat het is. Het blijkt – volgens ons – een Groundhog te zijn. Ofwel in het Nederlands: een bosmarmot.

Als we nog maar 18 minuten verwijderd zijn van ons hotel, rijden we weer een andere staat in: North Carolina. Maar omdat het langs een provinciale weg is, kunnen we er ook stoppen. En zo te zien doen meer mensen dat. Zo kunnen we mooi rustig foto’s maken van het bord. Aan de andere kant van de weg staat het welkomstbord van Tennessee. Zo, hebben we deze alsnog!

We rijden weer verder en rijden dan Boone in. Niet veel later zijn we bij ons hotel: Comfort Suites.

We checken in, maar de receptioniste heeft het er maar druk mee. Terwijl ze ons helpt, wordt ze ook een paar keer gebeld. Ze zet de lijn in de wacht, maar doordat wij niet uit Amerika komen, gaat het registeren van onze gegevens ook niet heel snel. Ze vraagt ons of ze het telefoontje tussendoor mag afhandelen. Prima joh. Maar dat blijkt wel erg lang te duren. Inmiddels is een collega van haar onze incheck aan het afhandelen. We krijgen kamernummer 212. We vragen haar of we ook nog sleutels krijgen van onze andere kamer. Oh, dat had ze even niet meegekregen, maar uiteindelijk is dat ook snel gepiept. Mijn ouders krijgen kamernummer 214.

Het ontbijt morgen blijkt ook op de tweede verdieping te zijn, dus dat is al helemaal handig. We bekijken de kamers en het ziet er allemaal prima uit. Alleen het tapijt ziet er wat armmoedig uit.

We halen de koffers uit de auto en installeren deze op de kamer. De kamer is verder wel erg ruim, met een aparte ruimte met een bankje, een zetel en een bureautje.

Ik tik het verslag af en na een verfrissende douche en wat afleveringen van Friends, gaat het licht uit.

Morgen staat dag 1 van de Blue Ridge Parkway op de planning. Overmorgen dag 2 😊

Aantal gereden mijlen: 301 (484 km)
Aantal gelopen stappen: 14647

5 gedachten over “Dag 16: Hawks Nest SP, Babcock SP & New River Gorge Bridge

  1. Wat grappig dat jullie, net als wij, een zakje met quarters in de trolley bewaren. Die verhalen van Esther zijn ook goed hè? Fijn dat je daar ook tips uit kunt halen.

    Like

  2. Waar checken jullie de kamers op voordat je de koffers gaat halen? Wij doen dat meestal met koffer en al.

    Like

    1. Of de kamer schoon is, geen rare geurtjes, geen tikkende airco. Kan ook wel met koffers maar als je dan een andere kamer nodig hebt loop je daar weer mee te sjouwen. Het is maar net wat je makkelijker vind.

      Nu boeken we tegenwoordig alles van te voren en selecteren op een goede rating. Maar zeker als je op de bonnefooi reist is het wel aan te raden.

      Like

      1. En de bedden neem ik aan. Trek je ook echt de lakens los? Ik voel me toch altijd wel bezwaard

        Like

Reacties zijn gesloten.